Eric Toebosch die na een periode van ernstige ziekte weer
actief is creƫert zijn eigen mythische wereld, een mengeling van eigen
verbeelding en bestaande culturen. Na ooit gestart te zijn met de geheimzinnige
uit Siberie afkomstige professor Zabash heeft hij een reeks archetypische
figuren en symbolen ontwikkeld die als in een doorlopend verhaal regelmatig
terugkeren. Het eigenwijze eendje, het vriendje van Zabash, dat zo nu en dan
opduikt in de schilderijen, zou wel eens de personificatie van Toebosch zelf
kunnen zijn.
Jan van Delft maakt van de eenvoud zijn kracht waarbij kleur
in belangrijke mate bijdraagt aan de uitstraling van het beeld. Hij probeert
klassieke onderwerpen zoals stillevens en bloem- en plantmotieven een
eigentijdse dynamiek mee te geven. Een motto van hem zou kunnen zijn behoudt
het goede en onderzoek het nieuwe. In het werk is te zien hoe hij op zoek is
naar een mengeling van schilderwijzen zonder dat het beeld uiteenvalt in een
collage van stijlen.
Het is een rijk gevarieerde tentoonstelling waarbij de
ondertoon wordt gevormd door het streven van de drie kunstenaars om klassieke gegevens
te koppelen aan een persoonlijk verhaal en een relatie te leggen naar een eigentijds
beeld.